Ik ben Hilde Houweling en heb een grote passie voor het samen met de ander ontdekken waarom we doen wat we doen. Ik ben Social Worker, GGZ-agoog en ervaringsdeskundige. Daarnaast ben ik psycholoog i.o. en werk ik met veel plezier bij Cuídate Jeugd & GGZ.
Zolang ik mij kan herinneren heb ik het verlangen gehad om betekenisvol te zijn voor anderen. ‘Goed, beter best…’ Een belangrijk thema in mijn leven is dat het voor mij nooit goed genoeg is. Het kan en moet altijd beter. Met als gevolg dat er nooit een ‘best’ is. Maar wanneer ben ik dan eigenlijk tevreden? En waar komt dit vandaan?
Ik ben opgegroeid in een gezin met twee ouders (vader en moeder) en een zusje. In mijn jeugd deed ik aan topsport, hockey. Daar werd ik gezien wanneer ik presteerde. Deed ik dit niet, dan zat ik op de bank. Voor mij een bevestiging dat ik alleen, als mens, goed genoeg was als ik iets goed deed. Ik probeerde overal in uit te blinken: de beste zijn van mijn team; het slimste meisje van de klas; de leukste vriendin; de leukste dochter; de leukste zus en ga zo maar door. Mijn conclusie was dat wanneer ik presteerde, dan waren mensen trots op mij, dan konden mensen pas van mij houden en was ik goed genoeg als mens.
Ik had er alles voor over om op dat voetstuk te blijven staan. Om de top te bereiken. Waarbij ik een aantal jaar seksueel misbruikt ben. Ik wilde mij niet uit het veld laten slaan. Ik ging (nog) gezonder eten, ik viel wat af en mijn prestaties werden beter. Er kwam nog een voorwaarde bij aan mijn lijst waar ik aan moest voldoen van mezelf: de dunste zijn. In mijn beleving was ik dan sterk, mooi en werd ik nog meer gewaardeerd. In een korte tijd viel ik veel af. Ik wilde de controle terug over mijn eigen leven, maar ik sloeg door en verloor de balans. Van een vrij kind, een vrolijk en gezellig meisje veranderde ik in een kritische, dwangmatige controlefreak. Sporten en eten werden een obsessie voor mij.
Waarin ik eerst dacht dat mijn eetstoornis een vriend was, werd het langzaam een vijand. Een sluipmoordenaar. Zonder dat ik het doorhad kreeg mijn eetstoornis de controle over mij in plaats van dat ik controle had over mijn eetstoornis. Ik ging een lang traject in van verschillende opnames en behandelingen. Mijn ouders maakten zich erg zorgen. Ze zagen mij steeds verder afzakken, maar ze stonden met hun rug tegen de muur. Ze voelden zich machteloos. Tegelijkertijd voelde ik mij schuldig, omdat ik het gevoel had dat ik het ‘probleem’ thuis was. Ik had een eetstoornis, maar het had impact op het hele gezin. In de behandeling vind ik het belangrijk om het netwerk erbij te betrekken. Om meer begrip te creëren voor de situatie, zodat het voor iedereen dragelijker wordt en de kans op herstel groeit.
Maar wat wilde mijn eetstoornis mij eigenlijk vertellen? Waar had ik mijn eetstoornis voor nodig? Terugkijkend had mijn eetstoornis een aantal belangrijke functies:
1. Ik had het gevoel controle te hebben: Rondom mijn eetstoornis ontwikkelde ik veel eetregels en dwangmatigheden.
2. Door minder te eten dempte ik mijn emoties: Ik wist niet goed hoe ik met emoties om moest omgaan en ik kon ze door middel van mijn eetstoornis reguleren.
3. Het werd een communicatiemiddel: Ik kon laten zien dat het niet goed met me ging. Ik durfde niet in woorden om hulp te vragen (dat vond ik zwak).
4. Doordat de eetstoornis mij alles ontnam, werd het een stuk van mijn identiteit: Het voelde alsof ik een eetstoornis was in plaats van dat ik een eetstoornis had.
5. Mijn eetstoornis gaf mij rust: Ik kon erin verdwijnen, waardoor ik niet bezig hoefde te zijn met de verwachtingen uit mijn omgeving.
Ondanks dat mijn eetstoornis mij veel opleverde, koste het mij ook veel. Ik voelde me alleen en onbegrepen. Ik zat geïsoleerd thuis, ik had geen energie om leuke dingen te ondernemen, ik kon niet studeren. Vrienden kon ik wel vergeten, want was is er nou leuk aan iemand die niet wil eten? Ik raakte moedeloos en had weinig vertrouwen in herstel. Ik zat gevangen in een gevangenis van gedachten, gedrag en patronen, die ik onbewust gecreëerd had, maar de sleutel naar vrijheid kon ik niet meer vinden. Toch heeft er diep van binnen bij mij altijd een klein waakvlammetje gebrand. Iets in mij wilde leven, ik wilde weer kunnen genieten van het leven. Ik wilde mijzelf terugvinden. Het heeft veel tijd, moeite en tranen gekost om weer het vertrouwen terug te krijgen in mezelf. Het vertrouwen dat de keuzes die ik maak goed (genoeg) zijn.
In mijn opnames en behandelingen heb ik geleerd om te praten over mijn emoties. Om echt verbinding te maken met wie ik was en met wie ik wilde zijn, moest ik de moed hebben om mijn twijfels en angsten te delen. Ik moest mij kwetsbaar opstellen. Niet alleen in therapie, maar juist ook in mijn omgeving. In therapie komt er van alles los, te veel om op je eigen schouders te dragen. Ik creëerde een vangnet om mij heen. Ik moest het zelf doen, maar niet alleen. Ik heb geleerd om mijn karaktereigenschappen te omarmen en de voor- en nadelen ervan in te zien. Ik ben nog steeds erg perfectionistisch en niet snel tevreden met wat ik doe en wie ik ben. Een valkuil is dat ik me obsessief kan storten op dingen die voor mij belangrijk zijn. Maar doordat ik dit nu van mezelf weet heb ik een balans in mijn leven gevonden. Ik heb de sleutel gevonden die mij bevrijd heeft uit mijn gevangenis. Dat heeft geresulteerd in het mooiste cadeau dat ik mezelf kon geven: Vrijheid!
In mijn ogen is de kracht van ervaringsdeskundigheid: Het levende bewijs zijn dat herstel mogelijk is! Ik wil naast je gaan staan, samen ontdekken wat jouw eetstoornis je wil vertellen, wat voor belangrijke informatie hij heeft. Ik wil je helpen om los te laten wat niet van jou is en te leren dragen wat van jou is. Mij heeft het veel rust en zelfvertrouwen opgeleverd.
Cuídate geeft mij de mogelijkheid en ruimte om vanuit wie ik ben contact te maken met wie jij bent. Ik wil samen met jou (her)ontdekken dat je goed genoeg bent zoals je eigenlijk altijd al was. Ik wil naast je gaan staan en samen met jou je eigen pad creëren, jouw obstakels overwinnen en op zoek te gaan naar de sleutel die leidt naar jouw vrijheid!
“Je leert om te leven en je leeft om te leren!”